Op 29 september besliste het Russische Hooggerechtshof om het verbod op de Mejlis, de verkozen vertegenwoordiging van de Krim-Tataren, te handhaven. De Verenigde Staten reageerden onmiddellijk en veroordeelden het besluit als onwettig. Russische media verklaarden op hun beurt dat de VS het verbod op de Mejlis weigert te erkennen omdat ze de Mejlis zelf hebben gecreëerd.
Deze versie van de ontstaansgeschiedenis van de Mejlis is het geesteskind van Dimitri Polonski, de zogenaamde vicepremier van de Krim. Hij beweert dat Amerika het bestuursorgaan van de Krim-Tataren creëerde om de Russische meerderheid op de Krim weerstand te bieden en verdeeldheid te creëren tussen de diverse nationaliteiten die op de schiereiland leven.
RBK, Lenta.ru, Gazeta.ru, Komsomolskaja Pravda, Kommersant en andere Russische media brachten dit nepbericht.
De Mejlis is het vertegenwoordigende en bestuurlijke orgaan van de Krim-Tataren. Het is de uitvoerende tak van de Qurultay, het nationale congres van de Krim-Tataren.
De Mejlis werd voorafgaand aan de Oekraïense onafhankelijkheid in juli 1991 opgericht. Mustafa Abdülcemil Cemilev, een prominent politiek gevangene tijdens de Sovjet-Unie, was jarenlang voorzitter van de Mejlis. Eerdere leiders van de organisatie waren voormalige Sovjet-dissidenten.
Dit is niet de eerste keer dat de Russische autoriteiten op de Krim beweren dat het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken achter de Mejlis zit. In het voorjaar van 2016 noemden de autoriteiten op de Krim de Mejlis een extremistische organisatie. De leider van de overheid op de bezette Krim, Sergej Aksionov, verkondigde bovendien dat de Mejlis door het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken werd gefinancierd. “Elke keer was er een probleem dat Mustafa Abdülcemil Cemilev naar de Amerikaanse ambassade zou rennen. De Mejlis werd en wordt volledig door de Verenigde Staten gefinancierd”, zei Aksionov.
Volgens het handvest van de Mejlis wordt de organisatie gefinancierd door donaties en bijdragen van individuen, organisaties, stichtingen en subsidies.