Het speelveld van de vrije media in Rusland, waar gisteren parlementsverkiezingen plaatsvonden, neemt af. Dus starten Russische journalisten nieuwssites in Letland om van daaruit het publiek in eigen land te bedienen. ‘Hier kunnen de Russische autoriteiten ons fysiek niets aandoen.’
Door Floris Akkerman voor De Correspondent
Tranen vloeien in een Moskous appartement in maart 2014. Er wordt flink gedronken en geklaagd. Een groep journalisten is gefrustreerd nadat de eigenaar van de populaire Russische nieuwssite Lenta.ru de hoofdredactrice heeft ontslagen. En heeft vervangen door een journalist loyaal aan de autoriteiten. Daarmee gaat de onafhankelijkheid van Lenta.ru verloren, vinden de journalisten.
Tegelijkertijd borrelt in het appartement een nieuw plan op: het opzetten van een nieuw, onafhankelijk medium. Maar wat, en vooral hoe? Enkele dagen later besluiten de journalisten dat Rusland daarvoor niet de geschikte locatie is.
Ruim twee jaar later zit Ivan Kolpakov aan een glas witte wijn op een terras in de Letse hoofdstad Riga. Kolpakov (32) was erbij in het appartement, nu mag hij zichzelf hoofdredacteur noemen van Meduza, een nieuwssite met de redactie in Riga, gerund door de Russische journalisten die Lenta.ru verlieten na het ontslag van hun hoofdredactrice. Een site die probeert onafhankelijke journalistiek te bedrijven omdat vrije media in Rusland steeds meer in de knel komen.
De missie van Meduza
Hij blikt terug op die dagen in maart. ‘Na Lenta wilden we ons journalistieke werk voortzetten. Maar ik had geen idee waar ik heen moest. Ik wilde niet werken voor een ander onafhankelijk groot medium. Want hebben onafhankelijke media wel toekomst in Rusland? Elk moment kan hun voortbestaan in gevaar komen.’
Zes maanden na die bewogen bijeenkomst in Moskou arriveert hij met veertien andere journalisten in Riga. Letland blijkt de beste locatie om een nieuw project te beginnen. Een uur vliegen van Moskou, van vrienden en familie, goedkoop en ook belangrijk: Riga is een Russischsprekende stad. De Letse migratiewetten geven bovendien de mogelijkheid een bedrijf op te zetten met louter Russen, zonder dat daar Letten moeten werken.
In oktober 2014 volgt de daadwerkelijke oprichting van Meduza, onder leiding van de ontslagen Lenta-hoofdredacteur Galina Timtsjenko. Een journalistieke site vooral over Rusland en de voormalige Sovjetrepublieken met reportages, analyses over politieke en sociaal-economische onderwerpen. Maar ook verstrooiing om de slechtnieuwsstroom uit Rusland te doorbreken, legt Kolpakov uit.
Hij ziet Meduza, dat inmiddels 32 journalisten telt en correspondenten en bronnen heeft in Rusland zelf, als een innovatief medium: open voor nieuwe formats en aanwezig op elk sociaal medium. Dit laatste om niet louter afhankelijk te zijn van een website die door de overheid makkelijk op zwart kan worden gezet. Ze voelen zich overigens verwant aan De Correspondent. ‘Er zijn een paar projecten in de wereld die we volgen, waaronder De Correspondent.’
De ontmanteling van de onafhankelijke Russische media
Met Meduza begint het Russische medialandschap aan een nieuw hoofdstuk: onafhankelijke journalistiek bedrijven in het buitenland, omdat het in eigen land haast niet kan. Want stap voor stap worden media die kritiek hebben op het Kremlin in het Rusland van president Vladimir Poetin ontmanteld.
Onder president Boris Jeltsin kunnen televisiezenders in de jaren negentig nog vrijuit berichten, zoals over de oorlog in Tsjetsjenië. Met de komst van Poetin als president in 2000 komt daar een einde aan. Het liberale staatspersbureau RIA Novosti, opgegaan in persbureau Rossija Sevodnja, schaart zich sinds 2013 achter het Kremlin. Een jaar later is het dus de beurt aan Lenta.ru. Andere media die tegen grenzen van hun vrijheid oplopen, zijn mediabedrijf Kommersant en de website Gazeta.ru.
En na diens publicatie van artikelen over Poetins dochter en de Panama Papers – met aandacht voor de financiële constructies uit de presidentiële omgeving – raakt het media-imperium RBK van oligarch Michail Prochorov, een onafhankelijk bastion dat met zijn nieuwssite, krant en televisiezender een miljoenenpubliek bereikt, in de problemen. Er komen politie-invallen bij het moederbedrijf en drie leidinggevende journalisten vertrekken. Officiële reden: ‘Er kan geen consensus worden bereikt over belangrijke kwesties.’ Twee journalisten, afkomstig van het staatspersbureau TASS, gaan deel uitmaken van de leiding.
‘De controle, de grip van de autoriteiten op de media is extreem in Rusland. Als je een groot publiek hebt, heeft de presidentiële administratie al contact met je opgenomen en geprobeerd je werkwijze te beïnvloeden,’ zegt redacteur Konstantin Benjoemov (32) in de rommelige keuken van de Meduza-redactie, gelegen in een bruin pand in het centrum van Riga. Hij sloot in september 2014 aan bij Meduza, voor Lenta.ru berichtte hij over de Russische media.
‘Als media succesvol zijn, komt dat alleen doordat de overheid dat toestaat. Als iemand binnen het Kremlin iets niet bevalt, zoeken ze een manier om je aan te pakken. Dat is gebeurd met RBK. Het Kremlin gaat niet meer achter individuele journalisten aan om die in de gevangenis te stoppen of hen te vermoorden. De moord op Politkovskaja vond tien jaar geleden plaats. Dat levert te veel gedoe op. Het is eenvoudiger om de eigenaar van een mediabedrijf te benaderen en te zeggen: ‘Je sluit je website of ik pak je oliezaken.’ Dan is de keuze makkelijk gemaakt.’
De missie van Spektr.Press
Meduza is niet de enige nieuwssite in Letland bemand door Russische journalisten. Op twintig minuten rijden van het centrum van Riga heeft Anton Lysenkov (41) zijn kantoor. Dat wil zeggen: een koffiebar in winkelcentrum Spice. Een echt kantoor is niet nodig, vertelt hij met zijn laptop op tafel. Als hoofdredacteur van nieuwssite Spektr.Press overlegt hij met zijn drie redacteuren, waarvan twee Letten en een Rus, en andere journalisten via Facebook Messenger. Discussiëren over het Russische nieuws doet hij via datzelfde medium, interviews in de koffiebar waar hij ook kantoor houdt.
Lysenkov komt ook uit de Lenta-stal en was daar correspondent Baltische landen. Na de gebeurtenissen rond Lenta begint hij met Spektr.Press. Hij omschrijft zijn site als een online tijdschrift met ruimte voor artikelen, columns, analyses en discussie. Dat spreekt hem meer aan dan het Meduza-concept.
Lysenkov ziet zijn website als een alternatieve informatiebron, zodat zijn landgenoten in binnen- en buitenland niet afhankelijk zijn van de Russische staatsmedia alleen. Een ander doel is om Russische journalisten, die hun artikelen wegens gebrek aan onafhankelijke media in eigen land niet kwijt kunnen, de mogelijkheid te geven hun stukken te publiceren bij Spektr.Press.
Ook voor zichzelf ziet hij weinig kansen in Rusland. De keuze om te werken voor onafhankelijke massamedia wordt minder en door wetgeving voelt hij zich als journalist bekneld in zijn vrijheid. Lysenkov beschouwt het als zijn plicht om zijn journalistieke werk voort te zetten.
De doorstart van de Russische media – in het buitenland
In Riga kunnen Meduza en Spektr.Press ongestoord hun gang gaan. Er zijn geen politie-invallen, geen computerservers die in beslag kunnen worden genomen, de autoriteiten hebben geen inzage in de financiën, er is geen mediawaakhond die waarschuwingen uitdeelt en er zijn geen wetten die hen dwarszitten. Ze kunnen zich concentreren op hun werk, zonder tussenkomst van de Russische overheid.
Hooguit kunnen de Russische autoriteiten de website van Meduza op zwart zetten. Dat zou meteen de genadeklap zijn. 70 procent van het lezerspubliek woont in Rusland en de adverteerders richten zich op hen. Per maand heeft Meduza momenteel vijf miljoen unieke bezoekers. Een jaar eerder lag dat aantal op drie miljoen per maand.
Geld krijgt Meduza ook van enkele investeerders. De naam van oligarch, oud-gevangene en Poetinvijand Michail Chodorkovski zoemt rond, maar Kolpakov laat niets los. Ze hebben er lang over gediscussieerd: moeten ze de namen van hun investeerders bekendmaken? Het hoort bij hun streven naar transparante journalistiek. Maar die namen openbaar maken, kan de Russische investeerders in problemen brengen. En Meduza, want de investeerders kunnen onder druk worden gezet hun betrokkenheid met de website te beëindigen.
Spektr.Press is financieel gezien minder kwetsbaar. Het medium ontvangt geld van de Letse overheid, van Europese fondsen en uit advertenties. De website komt op gemiddeld 328.000 pageviews per maand. De helft van de bezoekers komt uit Rusland.
Meduza-redacteur Kolpakov gaapt herhaaldelijk. Hij is moe, geeft hij toe. Het zijn lange dagen voor hem deze week. Meduza is voor het eerst begonnen met een zomerschool voor journalisten en mediamanagers die zich willen ontwikkelen. Eerder die dag heeft hij samen met Meduza-redacteur Ilja Azar voor de studenten een college gehouden over interviewen. Aan de zijkant kijkt Timtsjenko moederlijk toe hoe haar kroost het doet.
De studenten komen uit Moskou, Kiev, Sint-Petersburg, Novosibirsk, Kirov, Kazan. Het zegt wat over de rijzende status en de invloed van de website in de Russische mediawereld. Kolpakov: ‘Heel veel mensen willen bij ons werken of nodigen ons uit voor een lezing in Rusland, zoals dit jaar in Jekaterinenburg, waar honderd journalisten op afkwamen. Zij zien Meduza als een voorbeeld. Het bleek voor ons praktischer om de studenten naar Riga te laten komen dan steeds heen en weer te reizen.’
Is vertrekken naar het buitenland de enige manier om onafhankelijke en vrije journalistiek te bedrijven door Russische journalisten? Kolpakov dacht eerst van niet, want er bestaan nog steeds onafhankelijke en vrije media in Rusland. Hij is hierop teruggekomen. Het kan, maar hij twijfelt of je de kans krijgt om een bedrijf echt goed te ontwikkelen. In Rusland ben je constant in gevecht met de autoriteiten. Over de veiligheid van journalisten. Over financiële kwesties. ‘90 procent van de problemen heeft niets te maken met je vakgebied. Ze ontstaan om je leven moeilijk te maken. In Riga heb je dat niet.’
Bij Meduza en Spektr.Press voelen ze zich geen slachtoffer. ‘Als je denkt dat je aan het vechten bent met een regime of jezelf als een slachtoffer beschouwt, denk je te veel in een kader. Het werkt contraproductief. We vechten niet tegen het Kremlin, we vechten voor goede journalistiek.’
Mocht het Meduza-avontuur ten einde komen, dan nog houden de journalisten niet op, zegt Benjoemov strijdlustig. ‘Ik weet dat als er iets ergs gebeurt, we dan bij elkaar komen en een oplossing vinden. Zoals we dat na Lenta deden met Meduza.’
Door Floris Akkerman voor De Correspondent